Zekerheden



Mijn vader maakt zich zorgen om het vogelhuisje achteraan in de tuin. Al is de term 'vogelhuisje' een understatement. Het ding werd lang geleden eigenhandig door mijn vader in elkaar getimmerd en oogt niet meteen als een schattig nestkastje. Het heeft intussen meer iets van een verweerde carport op een paal. Binnenskamers- en als mijn vader het niet kan horen- spreken de dochter en ik wel eens lacherig over 'de landingsbaan'. Een ruim platform voor al wat vleugels heeft, zelfs een duif met zwaar overgewicht kan hier nog een noodlanding maken. Een solide constructie ook, jarenlang weer en wind getrotseerd. Maar nu begint er sleet op te komen.
"Ik heb al een nieuw ontwerp in mijn hoofd," zegt mijn vader. Al probeer ik hem, vooral dan uit esthetisch oogpunt, nog te overtuigen van een kant -en klare aankoop. In een naburig tuincentrum bijvoorbeeld.
"Ze hebben daar heel mooie vogelhuisjes," zeg ik, "en echt in alle maten, dus ook van die grote."
Maar daar heeft mijn vader geen oren naar. Het moet allemaal niet schoon zijn, maar vooral stevig. Alsof hij toch nog hoopt dat een verdwaalde Andescondor hier vroeg of laat nog eens gaat neerstrijken.
Dus gaat hij een straat verder, bij 'De Blok', de lokale houthandel, plankjes bestellen voor zijn nieuw project. Ik mag ze de dag zelf nog gaan ophalen met de wagen, want ze geraken natuurlijk niet allemaal in het korfje van zijn rollator. Ik sleep nog een klein werkbankje en wat klusgerei uit de kelder en installeer alles op het terras. Morgen gaat hij aan de slag.
"Die schrijnwerker krijgen we er bij hem nooit meer uit," zegt mijn moeder, toch weer lichtjes bewonderend.
Dat klopt ook wel, dat beeld van mijn vader in de weer met hout en hamer, het blijft een zekerheid in mijn bestaan.
Diezelfde avond wipt m'n jongste nonkel nog even binnen, hij heeft nog iets leuks gevonden voor mij. Ik schenk hem een koud Palmke in en daarna haalt hij de buit boven: een krantenknipsel, met een interview van één van m'n lievelingsauteurs, Marnix Peeters. 's Mans antwoorden op 'De 16 vragen van De Wachter'. Ik heb het artikel ook al online gelezen, maar ik word nog altijd blij van woorden op echt papier. En mijn nonkel weet dat. En hij weet ook zeer goed waar ik zoal op kick. Dus af en toe, als hij al lezend iets tegen komt wat hij aan mij weet te linken, knipt hij dat uit. Zo komt het dus dat er op mijn nachtkastje, onder de gewone maandelijkse stapel leesvoer, ook nog een plastic mapje ligt met daarin de meest bizarre verzameling aan lectuur. Pagina's gescheurd uit oude Humo's of kranten, een schatkist aan weetjes waar in deze snelle digitale wereld niemand nog iets aan heeft, maar waar ik gelukkig van word. Hoe Tom Barman zich in 2006 voelde als Man van het Jaar bijvoorbeeld. Of een tourverslag van dEUS in Knack Focus, '12/10/2005' heeft mijn nonkel op de eerste pagina genoteerd. Maar hij gaf me ook wel artikels met goede raad, zoals een gedetailleerd verslag over hoeveel schrijvers jaarlijks mogen belast worden, want hij verwacht nog elk moment een bestseller van mij.
Als ik die avond, bij het schemerlicht van mijn nachtlampje, nog eens gelukzalig door mijn stapeltje knipsels blader moet ik toch concluderen dat een mens soms stug blijft vasthouden aan de gekste dingen. Mijn vader wordt nog steeds lyrisch van houtkrullen en mij gaan ze ooit nog eens verschrompeld terug vinden tussen een hoop vergeeld papier.
Mijn werkdagen blinken dan weer uit van de nieuwigheden: nieuwe files, nieuwe gezichten, zelfs andere werkuren. Want sinds kort kennen ook wij de mogelijkheid om hybride te werken en op kantoor mogen we glijdende werkuren hanteren. Jarenlang kenden we een klokvaste middagpauze van een vol uur, maar die mag nu ingekort of zelfs verschoven worden. Heel tof als je bijvoorbeeld 's avonds wat vroeger naar huis wil, maar het is wel wat inboeten aan sfeer en gezelligheid, vind ik. Zo af en toe heb ik wel wat heimwee naar de uitgesponnen gesprekken boven brooddozen. Tot we op een middag dan toch weer met een bijna voltallig (overwegend vrouwelijk) team aan de keukentafel belanden en de pauze alsnog onverwacht uitloopt. Het gespreksonderwerp is dan ook een ernstige analyse waard! In de laatste aflevering van The Voice stonden Jan Paternoster en Koen Wauters ongegeneerd in hun onderbroek- stekkebeentjes, daar waren we het unaniem over eens-maar Mathieu Terryn, die stoere gozer van Bazart, floepte er -op nationale zender!- zomaar uit dat hij onder zijn baggy broek gewoon geen ondergoed draagt. Helemaal niks. Nada. Ik ga me niet uitspreken over zijn stembereik, maar de man moet het alleszins bijzonder goed doen op vlak van testiculaire gezondheid. En ik verzeker jullie: gooi zo'n item in de groep van wat mondige vrouwen en er volgt een zeer grondige, vergelijkende studie over wat er zoal gaande kan zijn daar beneden.
Kort samengevat: Terryn ging commando en wij vrouwen verbaal nog eens genadeloos all the way.
En dat laatste is dan toch ook weer een vaste waarde. Een hele geruststelling ook: niet alles staat op losse schroeven, er zijn nog zekerheden in dit leven.